Jaarstukken 2018

Financiële hoofdlijn

Dit onderdeel geeft een beeld van de belangrijkste financiële gebeurtenissen. De analyse van het resultaat 2018 en de toelichting op de belangrijkste voor- en nadelen komen binnen dit onderdeel aan de orde.

Financieel resultaat 2018
Het positieve resultaat van de jaarrekening 2018 is hoger dan het verwachte bijgestelde begrote resultaat van € 131.000. Het voordelige resultaat dat de gemeente in 2018 heeft behaald bedraagt namelijk € 1.480.000. Ook het structurele resultaat (het resultaat gecorrigeerd met incidentele baten en lasten) is positief.

Voorgesteld wordt om het resultaat als volgt te bestemmen:

(Bedrag x 1.000)

Omschrijving

Bedrag

1. Exploitatiebudgetten BBP

150

2. Beleidsondersteuning Samenleving

154

3. Subsidiegerelateerde ontwikkelingen FMA

100

4. Toevoegen aan de algemene reserve

1.076

Totaal

1.480

Ad 1.
In navolging van de transformatie in het sociaal domein en de aanstaande transformatie in het kader van de omgevingswet, zien we ook een verschuiving in de werkzaamheden bij de afdeling BurgerBedrijvenPlein (BBP). Deze transformatie in combinatie met het ontwikkelen van het nieuwe beleid behorende bij de visie op dienstverlening, vraagt inzet van externe kennis en expertise om medewerkers te coachen on the job, aanpassing van bestaande processen door te voeren en ontwikkeling van nieuwe processen. Belangrijk is daarbij de digitalisering en automatisering, die ervoor zorgdraagt dat burgers en bedrijven snelle, kwalitatief goede en toegankelijke dienstverlening ervaren. Hiermee wordt prioriteit gegeven aan het verbeteren van dienstverlening.

Middels resultaatbestemming wordt voorgesteld om € 150.000 in te zetten voor de verdere ontwikkeling van dienstverlening.

Ad 2 en Ad 3.
De subsidieregeling Ôs Dörp is wat betreft ontwikkel- en procesbegeleiding minder aangesproken dan begroot. Het voordeel van € 457.000 wordt als volgt ingezet:
- middels resultaatbestemming wordt voorgesteld om € 77.000 in 2019 en € 77.000 in 2020 in te     
  zetten voor de uitbreiding van 1 FTE beleidsondersteuning bij samenleving. Daarmee vloeit in  
 2019 en 2020 € 77.000 terug naar het budget voor Ôs Dörp (aangezien de 1e   

  begrotingswijziging 2019 (zoals verwerkt met de vaststelling van de begroting 2019-2022)
 wordt teruggedraaid).

- middels resultaatbestemming wordt voorgesteld om € 100.000 in de reserve FMA te storten om
 voor de jaren 2020 en 2021 jaarlijks € 50.000 in te zetten voor subsidiegerelateerde
 ontwikkelingen FMA (in afwachting van evaluatie subsidiebeleid);

- het restant van € 203.000 wordt toegevoegd aan de algemene reserve.

Ad 4.
De stand van de algemene reserve zorgt ervoor dat het weerstandsvermogen eind 2018 goed aan de maat is. In de nieuwe spelregels van de nota reserves en voorzieningen is afgesproken dat er de komende jaren geen afroming plaatsvindt, om er voor te zorgen dat het weerstandsvermogen ook in 2022 nog voldoende is. Na toevoeging van € 1.076.000 aan de algemene reserve ligt de ratio vanaf 2019 tussen 2,45 en 2,43. Hiermee hebben we een uitstekende weerstandsratio.

Analyse resultaat 2018
De jaarrekening laat een totale omzet zien van € 91 miljoen en sluit met een voordelig saldo van
€ 1.480.000. In de bijgestelde raming gingen we nog uit van een verwacht voordelig saldo van
€ 131.000. Het definitieve resultaat is € 1.349.000 hoger dan verwacht. In de volgende paragraaf wordt ingegaan op de oorzaken van dit resultaat.

De onderstaande tabel “analyse resultaat 2018” geeft de belangrijkste verschillen weer, waaruit blijkt dat het resultaat wordt veroorzaakt door incidentele en structurele (zaken die doorwerken naar andere jaren en waarmee in de begroting 2019 nog geen rekening is gehouden) mee- en tegenvallers. Per onderdeel is aangegeven op welke programma’s het verschil betrekking heeft.

(bedrag x 1.000)

Voordelig

Nadelig

Verwacht resultaat 2018 (bijgestelde begroting)

131

Realisatie 2018

1.480

Afwijking t.o.v. verwacht resultaat

1.349

Overzicht belangrijkste verschillen

Voordelig

Nadelig

Structureel

Incidenteel

Programma

1. Burgerinitiatieven

457

457

2

2. Vastgoed

444

444

Alg. dekking

3. Leges omgevingsvergunningen

218

218

2

4. Exploitatie BBP

148

148

4

5. Opbrengst OZB

105

105

Alg. dekking

6. Verzekering: premies en schade

87

87

Overhead

7. Huisvesting brandweer

79

54

25

1

8. Onvoorzien

78

78

Onvoorzien

9. Kosten gemeentehuis

75

75

Overhead

10. Doorbelasting uren aan investeringen/projecten

60

60

Overhead

11. Legesproducten

42

42

4

12. Kosten ICT

40

40

Overhead

13. Toerisme (Hof van Leudal)

37

2

14. Milieuhandhaving

37

37

2

15. Huur en onderhoud brandkranen

35

35

1

16. Kosten facilitaire zaken

35

35

Overhead

17. Bestemmingsplannen

34

34

2

18. Overige loketproducten burgerzaken

32

32

4

19. Preventie criminaliteit

31

1

20. Grondexploitaitie bedrijven

29

29

2

21. XTC-dumpingen

27

1

22. Energie bedrijfspanden Roggel

27

2

23. Milieubeheer

27

27

2

24. Monumenten en Molens

26

20

6

2

25. Sportstimulering

26

2

26. Handhaving volkshuisvesting

34

10

24

2

79. Leerlingenvervoer

52

52

1

28. Grondexploitatie woningen

52

54

2

29. Taakstelling vastgoed

54

54

Alg. dekking

30. Tekort personeel gerelateerde budgetten

231

231

Overhead

31. Riolering

411

411

2

32. Afval

56

56

2

33. Diverse overige posten

22

Diverse

Totalen

2.314

834

119

2.861

Totaal verschil t.o.v. verwachte resultaat

1.480

Overzicht belangrijkste voordelen
1. Burgerinitiatieven (incidenteel voordeel € 457.000)
De subsidieregeling Ôs Dörp is wat betreft ontwikkel- en procesbegeleiding minder aangesproken dan begroot. Dit heeft vooral te maken met de nog verder door te voeren wijze van burgerparticipatie en de doorontwikkeling van procesregie. Het restant budget is niet opgenomen in de gecommitteerde reserve tijdens de 2e raadsrapportage in 2018.

2. Vastgoed (incidenteel voordeel € 444.000)
De budgetten voor de werkzaamheden gelieerd aan het vastgoed van de gemeente Leudal, zijn in 2018 niet volledig benut. Er is sprake van een onderschrijding van €444.000.
Tijdens de kadernota 2019-2022 is een extra bedrag van €279.000 toegekend aan de budgetten voor vastgoed in 2018. Bij nader inzien is dit te ambitieus gebleken, waarna bij de begroting 2019-2022 de verwachtingen voor het jaar 2019 en 2020 reeds zijn bijgesteld middels de budgetten. Daarnaast zijn de middelen binnen vastgoed een optelsom van diverse posten, bestedingen en werkzaamheden. Deze kennen allen hun eigen marges, dynamiek en onzekerheden. In 2018 is aanzienlijk minder onderhoud uitgevoerd dan voorheen verwacht.

3. Leges omgevingsvergunningen (incidenteel voordeel € 218.000)
De legesinkomsten over 2018 zijn enerzijds nog hoger uitgevallen vanwege het aantrekken van de economie waardoor meerdere en grotere bouwplannen zijn behandeld. Anderzijds zijn deze hogere legesinkomsten te verklaren doordat er omgevingsvergunningen zijn afgegeven voor twee windmolenparken (met hoge bouwkosten).

4. Exploitaties BBP (incidenteel voordeel € 148.000)
In 2017 is bij resultaatbestemming € 226.000 toegevoegd aan het budget exploitatie BBP voor 2018. In het exploitatiebudget BBP resteert nu € 148.000. Het restant budget is niet opgenomen in de gecommitteerde reserve tijdens de 2e raadsrapportage in 2018.

5. Opbrengst OZB (incidenteel voordeel € 105.000)
BsGW heeft haar bestanden (onder andere nieuwbouwprojecten en objectkenmerken) in 2018 nader geactualiseerd en geoptimaliseerd. Als gevolg hiervan zijn er meer WOZ-beschikkingen en bijhorende  ozb-aanslagen voor 2018, maar ook voor de voorgaande jaren opgelegd. Derhalve zijn de meeropbrengsten te verklaren door de geactualiseerde  en geoptimaliseerde bestanden van de BsGW.        

6. Verzekering: premies en schade (incidenteel voordeel € 87.000)
In 2018 zijn meer schadevergoedingen verantwoord dan geraamd € 27.000. Er zijn voor € 38.000 minder schades verantwoord dan geraamd. Verantwoording van schade uitkeringen heeft ook plaatsgevonden op andere posten in de begroting, waardoor een enigszins vertekend beeld ontstaat. De verzekeringspremies zijn € 14.000 lager. Dit resulteert per saldo in een voordeel. van € 87.000.

7. Huisvesting brandweer (€ 79.000 waarvan € 54.000 structureel)
In 2018 zijn de huren, dotaties en servicekosten voor de huisvesting van de brandweer ontvangen. Deze zijn € 79.000 hoger dan eerder geraamd. Het voorgaande jaar bedroeg het voordeel € 54.000, dit kan als structureel worden beschouwd. In afwachting van besluitvorming aangaande kazernes is het niet logisch de huur in de begroting te verhogen.

8. Onvoorzien (incidenteel voordeel € 78.000)
In de 2e raadsrapportage 2018 is € 6.000 bestemd voor de risico-analyse kandidaat-wethouders.
Voor het overige is de post onvoorzien niet benut. Aangezien er ten alle tijden aanspraak gemaakt kan worden op de post onvoorzien, door een incident dat betrekking heeft op alle drie de O's (onvoorzien, onontkoombaar en onuitstelbaar), dient deze als incidenteel beschouwd te worden.

9. Kosten gemeentehuis (incidenteel voordeel € 75.000)
Voor de verbouwing van vergaderruimten (geschikt maken en het faciliteren van projectmatig werken ("project-ateliers")) is in 2017 € 50.000 opgenomen en uiteindelijk niet uitgevoerd. Er zijn destijds wel plannen gemaakt, maar die zijn achterhaald. Momenteel is er een nieuwe projectgroep bezig om te kijken naar het flexibel werken en de huisvesting.

Uitbesteed onderhoud aan het gemeentehuis is € 15.000 euro lager uitgevallen dan begroot.

Ook energiekosten zijn € 10.000 lager uitgevallen dan begroot; er is bijvoorbeeld al eerder aandacht besteed aan ‘zuinige’ verlichting. Door de nieuwe tarieven aangaande de energie is de verwachting dat dit bedrag in 2019 niet wordt overgehouden.

10. Doorbelasting uren aan investeringen/projecten (incidenteel voordeel € 60.000)
In 2018 is voor ruim € 217.000 aan uren doorbelast aan investeringen/projecten. Ten opzichte van voorgaande jaren is dit veel. In de begroting 2018 was hiervoor een stelpost van € 157.000 opgenomen. De samenhang tussen lopende projecten en doorbelasting ambtelijke uren is dusdanig groot, dat ieder jaar een ander bedrag gerealiseerd wordt. Het voordeel van 2018 wordt daarom als incidenteel beschouwd.

11. Legesproducten (incidenteel voordeel € 42.000)
In het verleden zijn enkel de verwachte aantallen voor uitgifte van reisdocumenten aangepast. Hierin zijn prijsstijgingen niet meegenomen, wat resulteert in een voordeel voor het jaar 2018. In de begroting 2019-2022 is hier reeds een aanpassing in gemaakt, waardoor het voordeel slechts incidenteel is geworden.

12. Kosten ICT (incidenteel voordeel € 40.000)
Er is een nieuw contract voor telefonie dat aanzienlijk goedkoper is. Daarentegen is er een sterke stijging van softwarekosten. De verwachting is dat het voordeel daarmee de komende jaren wordt opgeheven.

13. Toerisme (Hof van Leudal) (incidenteel voordeel € 37.000)
Tijdens de 2e raadsrapportage is een foutieve raming van de kapitaallasten gemaakt. Dit levert bij de jaarrekening een positief resultaat op.

14. Milieuhandhaving (incidenteel voordeel € 37.000)
In 2018 zijn er minder uitgaven (€ 37.000) geweest voor de inhuur van expertise op het gebied van milieuhandhaving, door de opgaven die voorliggen is de verwachting dat dit bedrag in 2019 niet overgehouden wordt.

15. Huur en onderhoud brandkranen (incidenteel voordeel € 35.000)
Als gevolg van de Drinkwaterwet en veranderingen in de financiële omgeving van WML heeft WML haar kostentoewijzing en margebeleid gewijzigd. Hierdoor zijn de tarieven verlaagd. Dit is reeds verwerkt voor 2019 e.v. waardoor het voordeel in 2018 incidenteel is.

16. Kosten facilitaire zaken (structureel voordeel € 35.000)
Kosten op kantoorbenodigdheden zijn aanzienlijk lager dan voorgaande jaren. Denk hierbij aan printerpapier, schrijfgerei, etc. Dit structurele voordeel zal in 2019 en volgende jaren worden afgeraamd.

17. Bestemmingsplannen (incidenteel voordeel € 34.000)
In 2018 zijn diverse bestemmingsplannen vastgesteld. In verband met de procedure voor deze bestemmingsplannen zijn exploitatiebijdragen ontvangen. Dit heeft geresulteerd in een voordeel van € 34.000.

18. Overige loketproducten burgerzaken (incidenteel voordeel € 32.000)
In 2018 zijn er minder tolkkosten gemaakt dan vooraf voorzien. Omdat de eerste inschrijvingen van het AZC zijn overgenomen door de inschrijfstraat bij het AZC in de gemeente Cranendonck, zijn er in de Gemeente Leudal minder tolken ingezet. Omdat dit een nieuwe ontwikkeling is, is nog niet duidelijk of dit bedrag structureel kan worden bijgesteld. Dit zal bij de 2 e raadsrapportage 2019 worden beoordeeld.

19. Preventie criminaliteit (incidenteel voordeel € 31.000)
Er zijn in 2018 minder huisverboden (2) opgelegd. Verder zijn er geen grote preventieactiviteiten opgepakt. Hierdoor zijn de kosten lager.

20. Grondexploitatie bedrijven (incidenteel voordeel € 29.000)
De grondexploitaties worden niet aangepast in de exploitatie gedurende het jaar. Voor een nadere toelichting van dit bedrag kunt u kijken in paragraaf 3.7 grondbeleid.

21. XTC-dumpingen (incidenteel voordeel € 27.000)
Bij 2 e rarap is € 45.000 incidenteel bijgeraamd voor het opruimen van XTC-dumpingen, op basis van prognoses en verwachtingen. Uiteindelijk zijn er in het laatste gedeelte van het jaar minder dumpingen geweest waardoor de kosten €27.000 lager zijn uitgevallen. Door de onvoorspelbaarheid van deze dumpingen is het voordeel incidenteel.

22. Energie bedrijfspanden Roggel (incidenteel voordeel € 27.000)
De lasten zijn € 9.000 lager door een correctie van de energieleverancier.
Facturering vindt plaats op basis voorschotten. De afrekening heeft nog niet plaatsgevonden, waardoor jaarlijks verschillen kunnen ontstaan, in 2018 is dit een incidenteel voordeel              van € 18.000.

23. Milieubeheer (incidenteel voordeel € 27.000)
In 2018 is € 21.000 minder uitgegeven aan externe inhuur m.b.t. agrarische advisering en milieu gerelateerde RUD-werkzaamheden. Daarnaast zijn er voor € 6.000 aan leges ontvangen die niet voorzien waren.

24. Monumenten en molens (voordeel van € 26.000 waarvan € 20.000 structureel)
Bij de conversie rekeningschema zijn meerder posten samengevoegd en blijkt dat op onderdelen structureel te hoge bedragen zijn geraamd. Verder heeft in 2018 een verrekening plaatsgevonden van € 1.600. M.i.v. 2019 kan € 20.000 structureel worden afgeraamd.

25. Sportstimulering (incidenteel voordeel € 26.000)
In 2018 is voor €15.000 minder uitgegeven aan subsidies van sportverenigingen. Daarnaast is er € 11.000 minder uitgegeven aan overige diensten.

26. Afval (incidenteel voordeel € 56.000)
Over het product afval is een positief resultaat ontstaan van €56.000. Dit is ontstaan door een aantal oorzaken.

  1. Een aantal uitbestede werkzaamheden zijn lager uitgevallen dan begroot wat een voordeel oplevert van €106.877.
  2. De bijdrage aan RD Maasland is hoger uitgevallen door een begrotingswijziging gedurende het jaar resulterend in een nadeel van €164.519.
  3. De opbrengsten voor papier zijn sterk gedaald door lagere papierprijzen resulterend in een nadeel van €102.364.
  4. Er zijn hogere opbrengsten gerealiseerd voor overige inkomsten resulterend in een voordeel van €25.018.
  5. Er is een lagere subsidie verstrekt voor het ophalen van papier dan begroot resulterend in een voordeel van €21.836.
  6. Er is meer onttrokken aan de voorziening om een kostendekkendheid van 100% te realiseren. Dit resulteert in een voordeel van €171.741
  7. Alle overige kosten samen laten een klein nadeel zien van €3.037.

Overzicht belangrijkste nadelen
27. Handhaving volkshuisvesting (nadeel van € 34.000 waarvan € 10.000 structureel)
In 2018 is een overschrijding (€ 24.000) ontstaan vanwege kosten voor toepassing bestuursdwang in het kader van veilig stellen van de situatie rondom de monumentale boerderij op de Dorpstraat in Heythuysen. Procedure voor terugvordering van deze kosten is in gang gezet.

Daarnaast is het begrote bedrag (€ 10.000), zijnde te ontvangen dwangsommen niet gerealiseerd.

28. Leerlingenvervoer (incidenteel nadeel € 52.000)
In 2018 is een overschrijding op het budget voor leerlingenvervoer van € 52.000. Door een begrotingswijziging in het najaar 2018 is dit budget verlaagd met € 100.000. Het laatste kwartaal zijn de kosten echter hoger uitgevallen.

29. Grondexploitatie woningen (incidenteel nadeel € 52.000)
De grondexploitaties worden niet aangepast in de exploitatie gedurende het jaar. Voor een nadere
toelichting van dit bedrag kunt u kijken in paragraaf 3.7 grondbeleid.

30. Taakstelling vastgoed (incidenteel nadeel € 54.000)
In 2018 is de taakstelling op vastgoed niet volledig gerealiseerd. Het restant zorgt voor een nadeel.

31. Tekort personeel gerelateerde budgetten (incidenteel nadeel € 231.000)
In 2018 is een tekort op het personeel gerelateerde budget ontstaan van € 231.000. Dit zit in verschillende afwijkingen waarvan de drie belangrijkste zijn:
- tot en met mei dubbele lasten voor gemeentesecretarissen;
- interim afdelingshoofden die duurder zijn dan reguliere bezetting;
- niet gerealiseerde taakstelling ad € 83.000.

32. Riolering (incidenteel nadeel € 411.000)
Het uitgangspunt van de opbrengsten rioolheffing is dat deze maximaal kostendekkend is, rekening houdend met de BTW, overhead en de markt conforme rente. De opbrengsten rioolheffing zijn daarmee primair bedoeld ter dekking van de kosten riolering. Dit is ook terug te lezen in de paragraaf lokale heffingen.

Deze kaders zijn vastgelegd in het Gemeentelijke Rioleringsplan 2017-2021 (GRP) zoals vastgesteld op 5 juli 2016. In dit GRP wordt jaarlijks getoetst of de voorziening (31 december) toereikend is om toekomstige vervangingsinvesteringen en groot onderhoud te kunnen bekostigen.  Voor het jaar 2018 werd begrotingstechnisch rekening gehouden met een storting van €163.000. Door een foutieve verwerking van het GRP in 2016, is dit bedrag niet conform hetgeen we moeten storten in de voorziening op basis van het GRP. Voor de begrotingsjaren 2019-2022 is dit reeds verwerkt in de begroting. Voor het begrotingsjaar 2018 is dit te laat ontdekt, waardoor een extra storting bij de jaarrekening noodzakelijk is om onze voorziening op peil te brengen. Op basis van een actualisatie van het GRP blijkt dat de noodzakelijke storting voor 2018 € 602.000 moest zijn. 

Hetgeen betekent een extra storting van € 439.000.

Deze storting bestaat enerzijds uit een extra storting van € 342.000 voor het op peil brengen van de voorziening voor toekomstige investeringen en een aanvullende storting van € 97.000 als dekking van de afkoppelsubsidie hemelwater.

Ondanks het feit dat het product riolering een minder positief resultaat vertoont dan begroot (begroot € 1.589.000 - realisatie € 1.179.000) door de storting, blijven we nog steeds 100% kostendekkend zoals ook te zien in de paragraaf lokale heffingen.

De rioolheffing blijft gelijk zoals die nu op basis van het GRP wordt geheven.

ga terug